Lid 1
Ieder mens die uit kracht van geboorte of door latere verwerving de Nederlandse nationaliteit (‘het Nederlanderschap’) bezit, is gehouden alle plichten die de wet aan de Nederlandse nationaliteit verbindt getrouw te vervullen. Het Nederlanderschap is onverenigbaar met het gelijktijdige bezit van een andere nationaliteit. Zodra iemand naast het Nederlanderschap een andere nationaliteit verwerft, houdt hij of zij op Nederlander te zijn. Dragers van een andere nationaliteit kunnen het Nederlanderschap slechts verwerven indien zij tegelijkertijd hun andere nationaliteit of nationaliteiten opgeven.  

Lid 2
Nederlanders zijn te allen tijde bereid elkaar waar ook ter wereld bij te staan. Het bezit van de Nederlandse nationaliteit is een aansporing om ook jegens dragers van andere nationaliteiten die zich op Nederlands grondgebied bevinden gastvrij en waar nodig behulpzaam te zijn. 

Lid 3
Het Nederlanderschap maakt alle dragers daarvan voor de wet gelijk, in alle andere opzichten zijn zij onderling verschillend. Die verschillen kunnen betrekking hebben op talenten, prestaties, religieuze gezindheid, politieke overtuiging, geslacht, leeftijd en alle andere eigenschappen en hoedanigheden waardoor mensen zich van elkaar onderscheiden. Het maken van dergelijk onderscheid is aan te bevelen, het misbruik maken daarvan om mensen zonder deugdelijke reden individueel of collectief te benadelen is verboden.

Maarten Asscher (1957) publiceerde onlangs de roman Een huis in Engeland. Roman van een kleinzoon. Hij werkt momenteel aan een bundel met fotosyntheses. In november verschijnt zijn nieuwe vertaling van Oscar Wildes De ballade van Reading Gaol, met een uitvoerig nawoord getiteld ‘Hoe Oscar Wilde uit de gevangenis ontsnapte’.

Meer van deze auteur