◻ Alvast dank voor je tijd, het hoeft echt niet lang te duren, een halfuurtje kan volstaan, je hebt het zoals iedereen natuurlijk druk, maar ik denk dat het belangrijk is, en ik ben heel benieuwd naar – .

— Ik ben ook benieuwd, maar dan vooral omdat ik verbaasd ben over je verzoek: ik ben toch de laatste bij wie je daarmee moet komen aanzetten! Wat kan er vandaag nog over Constant en New Babylon gezegd worden dat de afgelopen halve eeuw al niet vaker is gezegd, in verschillende talen bovendien? Ik had een dergelijk verzoek ook van jou niet meteen verwacht. Jij hebt – lucide als je bent of wil zijn – al zo vaak gezegd dat het als kunstenaar, schrijver of architect geen zin heeft om over een andere samenleving te fantaseren, want dat je op die manier de negatieve aspecten van de huidige maatschappij volledig aan het zicht onttrekt. Er bestaat natuurlijk wel zoiets als de ethische verplichting om, gezien de omstandigheden, voluit en onbeschaamd utopisch te zijn, maar het is tegelijkertijd schandalig om utopieën na te streven omdat je daarmee alleen maar een infuus aanlegt van illusies en vals comfort.

◻ Dat heb ik nooit gezegd, dat lijkt me projectie van jouw kant – ik heb het hoogstens gedacht, maar ik zou het nooit op die manier formuleren. Het heeft geen zin om elkaar woorden in de mond te leggen. Dat is een pessimistische, ja zelfs nihilistische opvatting, met als uiteindelijke conclusie: wat je ook doet, je doet het verkeerd. Zo geraken we nergens.

— Oké, geen probleem, het spijt me, als het zo gevoelig ligt; ik was ervan overtuigd dat het je zou plezieren om zulke opvattingen toegeschreven te krijgen. Dan stel ik het algemener: de tegenstelling tussen de noodzaak en de onmogelijkheid van de utopie was al een overheersend probleem toen Constant zijn soldeerbout ter hand nam in de jaren vijftig, en dat is vandaag nog steeds het geval.

◻ Er is toch veel veranderd? De wereld verandert toch voortdurend? De jaren vijftig vergelijken met onze eeuw – begin er maar eens aan… Utopische projecten zoals New Babylon drukken onophoudelijk aan tegen wat niet mogelijk is in de wereld, en die onmogelijkheden verschuiven. En net dat maakt het waardevol: om de zoveel jaar naar vernieuwde betekenissen op zoek gaan, naar wrijvingen tussen enerzijds wat de maatschappij van ons verwacht en anderzijds wat we echt nodig hebben, wat echt goed voor ons zou zijn.

— Goed – goed idee. Fair enough. Hoewel ik me ernstig afvraag of dat überhaupt nog mogelijk is: verwachtingen en verplichtingen definiëren waarmee ‘de maatschappij’ ons confronteert. Uiteindelijk doet iedereen toch gewoon waar die zin in heeft? Neem nu dat verlangen van Constant om iedereen ten volle creatief te laten zijn – of beter nog: zijn suggestie, in het spoor van Huizinga, dat het enkel spel en creativiteit zijn die ons helemaal tot mensen maken. In New Babylon kan iedereen eindelijk een echte homo ludens worden, omdat alle productie – al het werk, met andere woorden – aan machines en technologie is uitbesteed. Het is nog maar de vraag wat voor een samenleving het zou zijn waarin mensen niets anders doen dan spelen, zelfs als dat spel zich concentreert in zogenaamd artistieke bezigheden. Keep it real! Of is een maatschappij misschien een peutertuin?

◻ Dat zijn terechte vragen en opmerkingen, maar ze tonen – en ik hoop dat ik het je onverbloemd mag zeggen – vooral het denken waarin jij (en jij trouwens niet alleen) opgesloten zit, net als je onvermogen om je een totaal andere maatschappij, en dus een totaal ander leven voor te stellen. Waar het fundamenteel op neerkomt is dat de bezigheden waarmee we onze dagen vullen geen vaststaand of natuurlijk gegeven zouden moeten zijn, net als de onderverdelingen die tussen die bezigheden zijn ontstaan gedurende de afgelopen eeuwen. Eigenlijk bewijst de karikaturale invulling die jij aan het begrip creativiteit geeft dat je niet of nauwelijks tot creativiteit in staat bent.

— Dat lijkt me retoriek, en daar heb ik alleszins geen verweer tegen zolang jij, Constant of iemand anders, er niet in slaagt om een definitie te geven van creativiteit die niet ten onder gaat aan vrijblijvendheid of algemeenheid. Maar aangenomen, for the sake of the argument, dat spel inderdaad het summum bonum is dat tot het best mogelijke leven leidt. Wat ik vervolgens niet begrijp is dat Constant in de jaren vijftig de indruk had dat het mensen en masse verboden werd om creatief te zijn omdat ze zich noodgedwongen moesten bezighouden met het in stand houden van hun levensbehoeften. Dit was tenslotte de periode waarin de naoorlogse middenklasse ontstond, en als er iets die middenklasse kenmerkt, dan wel de plotse, gigantische hoeveelheid vrije tijd die ze ter beschikking hadden zonder dat ze er goed weg mee wisten. Akkoord, vrijwel meteen is er een ontzaglijke industrie op gang gekomen om al die middenklassers bezig te houden, in hoofdzaak door middel van voornamelijk plastic spullen waarmee ze hun huizen konden vullen, maar het blijft toch zo dat zij allemaal de vrijheid hadden om dat exclusief materiële comfort te weigeren, en om andere keuzes te maken.

◻ Ik zou er toch voor waken je eigen privileges te veralgemenen.

— Wat veralgemening betreft heb ik van Constant geen lessen te trekken. Nee, nu ik er zo over nadenk: New Babylon is nog het best te bezien als de totale verveling die als een virus uitbreekt van zodra het werkelijk van iedereen wordt verwacht de eigen vrije tijd in te vullen en de creativiteit bot te vieren. Want dat is natuurlijk iets wat Constant totáál over het hoofd heeft gezien: de meeste mensen zijn jammer genoeg niet in staat om op een zinvolle manier creatief bezig te zijn. Niet iedereen is een kunstenaar.

Constant, Zonder titel / New Babylon schilder, 1977. Collectie onbekend.

Foto Tom Haartsen, ©Constant / Fondation Constant c/o Pictoright, Amsterdam 2021

◻ Nogmaals: dat komt enkel omdat die creativiteit nog steeds wordt geremd door het tegendeel ervan, dat als een voetboei het leven van de mensen bepaalt zonder dat ze zich er bewust van zijn. Dat kunst en creativiteit een uitzondering zijn is enkel omdat ze zo van meet af aan worden behandeld in de maatschappij – in het onderwijs, tijdens de opvoeding, in de massamedia.

— Als dat waar is, hoe komt het dan dat er vandaag desondanks goede kunstenaars te vinden zijn? Zij maken toch ook deel uit van diezelfde maatschappij? Constant was toch ook lid van de naoorlogse middenklasse? En toch heeft hij zich, blijkens New Babylon, probleemloos kunnen onttrekken aan dat beknottende begrip van creativiteit…

◻ Dat is een conservatief standpunt, of je gaat er alleszins van uit dat de maatschappij rechtvaardig functioneert en geen correcties behoeft – dat elke mens in staat zal zijn de eigen mogelijkheden ten volle te ontplooien. In het jezuïetencollege waar ik school heb gelopen, werd dat ook steeds vergoelijkend gesuggereerd: olie drijft boven; wie talent heeft, die komt ongetwijfeld goed terecht. Maar er zijn talloze andere condities en omstandigheden die ervoor kunnen zorgen dat olie noodgedwongen naar de bodem zakt.

— Het enige verschil tussen menselijke wezens is intelligentie.

◻ Dat is… dat is… Denk daar maar eens over na, wat voor een uitspraak dat is – en met wat voor consequenties!

— Het is alleszins een originele uitspraak. Buiten die jezuïeten van jou is er toch niemand meer die zoiets nog beweert? Intelligentie is ofwel een scheldwoord geworden, ofwel iets dat je vooral aan niemand mag ontzeggen – het resultaat is twee keer identiek. En dat is, als je New Babylon coûte que coûte wil actualiseren, het hele probleem geworden met de utopie van de oneindige creativiteit: vandaag is het onderscheid tussen werk en creativiteit volledig verdwenen. Er is geen baan meer te bedenken waarin je niet wordt verzocht om vooral zo ver mogelijk out of the box te denken en baanbrekend te zijn en om de drie maanden van identiteit en strategie en vormgeving te veranderen, en omgekeerd is er geen enkel spel of geen enkele vorm van creativiteit die niet op een of andere manier in getallen is omgezet en dus tot een vorm van productie is herleid. Dus ja, akkoord, New Babylon is brandend actueel: de vlammen die uit het dak slaan hullen de wereld in een rookgordijn van individueel ondernemerschap en voortdurende innovatie. Een globaal platform voor start-uppers, dat is het…

◻ Het heeft weinig zin om naar New Babylon te kijken en de maatschappij erin te herkennen als in een spiegel. Het is een project, een ontwerp – je moet op zoek gaan naar verschillen, niet naar wat hetzelfde is. Een belangrijk kenmerk dat je niet zomaar gelijk kan stellen met de jaren vijftig noch met de eenentwintigste eeuw, is het nomadische leven dat Constant voorstelde: de vrijheid niet langer aan één plaats gebonden te zijn, noch aan goederen of voorwerpen. Je hebt natuurlijk gelijk dat New Babylon tegelijkertijd met de fundamenten van de consumptiemaatschappij tot stand is gekomen, maar het was ook bedoeld als alternatief, als een bevrijding van de sociale ongelijkheid en de individuele leegte die elke vorm van bezit altijd weer zal veroorzaken.

— Noem mij één iemand die met oprecht plezier en met volle overtuiging leeft als een nomade… ‘Geen vaste woonplaats’, zeggen ze dan lachend, maar het is een lachje waar je nauwelijks longen voor nodig hebt. Nomadisch leven is enkel weggelegd voor straatarme vluchtelingen of voor superrijke kapitalisten, en beiden zijn doodongelukkig, weliswaar om totaal tegenovergestelde redenen.

◻ Dat zijn foute voorbeelden, precies omdat ze niet geschraagd zijn door de afwezigheid van bezit, die inderdaad cruciaal is voor een echt en positief nomadisme: vluchtelingen hebben nergens toegang toe en worden overal geweerd; superrijken hebben overal toegang toe, maar dan enkel omdat ze in staat zijn alle anderen buiten de deur te houden. Je kan echt niet telkens een eigenschap van New Babylon nemen om die vervolgens belachelijk te maken door er een perversie van te identificeren in de huidige maatschappij.

— Met wat voor recht zou ik me – for Christ’s sake – buiten die maatschappij plaatsen? Wat voor een andere maatstaf kan ik dan verzinnen? Ik kijk naar New Babylon en ik zie niets meer dan een structuur die, inderdaad vanaf het eind van de jaren vijftig, over de wereld heen is gezet ten behoeve van de consumerende mensheid en de middenklasse. Weet je wat? New Babylon toont de wortels van de klimaatcrisis – het project maakt de infrastructuur zichtbaar die de afgelopen halve eeuw de planeet naar de knoppen heeft geholpen, niet alleen door het belachelijk naïeve geloof in technologie, maar meer nog door een niet minder goedgelovige ethiek: laat de mensen doen wat ze willen, met de planeet en de techniek aan hun voeten, en alles komt in orde. Constant maakte prachtige tekeningen, aanzichten van schakelingen van sectoren in een grijsgroene grasvlakte – kijk beter en je ziet dat het gras golvend zeewater is dat de wereldbol heeft overspoeld. Jammer genoeg is de structuur van New Babylon niet in werkelijkheid gerealiseerd, dan hadden we er tenminste nog een onderkomen in kunnen vinden voor de stijgende zeespiegel.

◻ Opnieuw verwissel je de ethiek van New Babylon met de ethiek van de huidige maatschappij, of alleszins met die ethiek die jij jezelf eigen hebt gemaakt omdat er zogezegd niet aan te ontsnappen zou zijn. Er zijn vormen van bewoning, en van productie en technologie denkbaar die niet met excessen en ongeremde groei gepaard hoeven te gaan; er moet een globale collectiviteit bestaan waarvan de eindbalans positief is in plaats van negatief. Vergeet niet dat de ongeordende, niet-rechtlijnige structuur van New Babylon meteen een meer vrije en ­oncontroleerbare wereld vooropstelt, en dus ook een mensenleven waarvan het doel en de uitkomst niet zomaar met produceren en consumeren samenvallen.

— De grootste vrijheid wordt geboren uit de grootste strengheid, niet uit een gesimuleerde en zogezegd organisch tot stand gekomen wanorde. Als Constant zichzelf echt als architect en niet als kunstenaar ernstig had genomen, dan had hij beseft dat een stad niet zomaar vrijheid garandeert zodra alles schots en scheef staat. En had hij vooral zelf geen ontwerpen gemaakt, hoogstpersoonlijk in zijn atelier, om die vervolgens voor te stellen als een collectieve verwezenlijking. Dat intelligente mensen zoals jij daar nog steeds toe verleid kunnen worden – alsof dergelijke utopieën niet reeds lang ontmaskerd zijn!

◻ De twee polen van een uitgesproken modern levensgevoel zijn nostalgie en utopie. In de jaren zestig, en ook in New Babylon, was er van nostalgie nauwelijks sprake; vandaag is utopie haast onmogelijk geworden, of er is alleszins geen utopisch denken dat niet ook minstens een beetje nostalgisch te noemen is, omdat het terugverlangt naar een mogelijks geïdealiseerde verwezenlijking uit het verleden. Nostalgie en utopie combineren is het enige dat ons nog rest. We moeten ontsnappen uit de beklemming van het alomtegenwoordige heden, door enerzijds delen en resten uit het verleden te herwaarderen, en door anderzijds fragmenten van een andere toekomst te durven bedenken.

— Kan zijn, maar dan haak ik af, sorry, daar heb ik niet genoeg zelfbeheersing voor, om mijn gedachten in bedwang te houden met het oog op het voortbestaan van een positief levensgevoel – om alleen die graslandjes af te grazen die vormen van hoop in stand houden. Ik eis het recht op om midden in de tegenspraak van mijn tijd te leven, waarin sarcasme altijd nodig zal zijn voor de waarheid.

Christophe Van Gerrewey (1982) is auteur van enkele romans en een essaybundel, redacteur van De Witte Raaf en OASE, en professor architectuurtheorie aan de EPFL Lausanne.

Meer van deze auteur