Redactioneel
Het moet goed met je gaan, want ik voel mij kalmeren.
Misschien is het je gelukt door een zwart gat te glippen.
Misschien wist je daarmee de tijdsrichting te keren.
Misschien kus je me dus nu, ja nu, weer op de lippen.
Het voelt steeds meer alsof je er gewoon nog bent,
het zoveelste bewijs, dat mijn lange lied wel klaar is.
Maar sinds je dood werd ik jouw loyale secretaris
en blijf optekenen wat niet langer hoeft gezegd.
Toch, nu jij zo ver bent, dat je bent teruggekeerd,
wordt het voor mij ook tijd mijn boeltje op te breken
en nieuwe paden in te slaan, voor ik dat ben verleerd.
Een roofdier moet zich concentreren, de prooi is snel
en goed gecamoufleerd, er is geen tijd te blijven steken
in het donker leeg en koud gemis van wie werden geveld –
Er moet gevreten worden, er dient een kop gesneld.
Uit: Doodsbloei (i.s.n.)
Essay
Geroosterde wolf en gedeconstrueerde olijf: voedsel als wereldbeeld
Poëzie
Ode aan het zout
Essay
Goede en slechte tafelmanieren
Poëzie
Hoofdhonger
Poëzie
Odes
Essay
Chez Tantalus
Essay
Alles of niets
Poëzie
Gedichten
Essay
Vies eten
Poëzie
Bederf is de weg
Essay
Een schip van nougat en kreeften uit blik
Beeld
Fotoserie
Verhaal
Tafel en bed
Het universum
Poëzie
Here zegen deze spijze amen
Essay
Eten in Las Vegas
Essay
Niet voor angsthazen en vegetariërs
Essay
Eten - ensceneren
Lekkere date
Receptuur
Poëzie
De spijsvertedering
Johannes van Dam in zestien amuses
Essay
Man Hungry. What’s Cooking? Soul Food!
Essay
Over de onmogelijkheid van lekker eten
Essay