BVDB
- door de vuurwerkmist rijdt een auto over natte rode vuurwerkprut
- losse naknallende rotjes, wegrennende jochies
- een gierende V-snaar van een oude startende auto
- kerstboom wordt op straat geflikkerd
- rolluik gaat piepend dicht
- kerkklokken tegelijk en door elkaar (op zondagochtend)
- gierende wind rond hoogbouw
- rochelende bejaarde, fluim spat op straat
- een auto rijdt over een potje met saus
- schaatsgeluiden, ijzer op ijs
- piepschuim knakken bij de vuilcontainer
- rammelende sleutelbos
- het geluid van het in elkaar pletten van vuilniszakken in de vuilniswagen
- stationsomroeper in de verte
- vliegtuig vliegt laag over, gaat mis?, maakt een soort gierende herstart
- toeristenbusspiegel (nieuw, wit kunststof) wordt door tram eraf gereden. krak.
- het heeft gesneeuwd! alles is stil
- een eindeloos rondcirkelende helikopter boven stadsdeel
- winkelwagen met drie kapotte wielen – inclusief duwende zwerver
- harde knal, onduidelijke herkomst, ’s avonds laat
- de trambel
- politiesirene handmatig bediend: eerst langzaam, dan sneller bij nadering kruising
- grote krijsende eenzame monstermeeuw
- vlaggentouw slaat ritmisch tegen metalen vlaggenmast, door de wind
- lege drankflessen worden in de lege glasbak gegooid
- trein dendert in de verte, en fluit
- kraakraakraai, eenzaam op een braakliggend terrein
- te lang stationair draaiend dieselbusje
- auto botst tegen stoplichtpaal
- knappende pas bevroren plassen, als je eroverheen loopt
- kassabliepjesconcert in de supermarkt
- piepende fietsremmen
- massaal krijsende hongerige meeuwen bij brug, ze worden gevoerd
- een schuiver, een smak, fiets onderuit
- het dichtslaan van autoportier van een dure auto (klinkt anders dan bij een goedkope)
- een canon van stoplichttikkers
- ijzel, voorzichtig geschuifel, het is glad (vroeger hadden bejaarden bij ijzel van die metalen schrapertjes om hun voeten)
- ambulancesirene, hoger, lager: doppler op zijn best. Het is fascinerend hoe we onbewust dopplereffect waarnemen. De frequentie stijgt: het gevaar nadert, frequentie daalt weer: gevaar geweken. Het wordt pas schrikken wanneer de sirene op één toonhoogte blijft steken, dan staat ie namelijk stil voor de deur
- dichtschuiven en dan dichtdrukken/slaan van zijportier bestelbusje
- een groep kraaien krast hoquetusdrieklanken naar elkaar
- stratenmakers op klompen, tegels die in het zand ploffen
- voetbalgejuich, het klinkt gedempt uit huizen want ramen zijn dicht
- een naderende demonstratie in de verte, politiefluiten, mensenmassa
- politiepaarden rustig stappend
- verse sneeuw, het kraakt onder elke voetstap
- opschrikkende wegfladderende duiven
- brommer wil niet starten, wordt agressief aangetrapt
- gillende kinderen en krijsende meeuwen, als combi
- dooi, alles druipt en lekt
- neerploffende sneeuw glijdt van het dak af
- water drupt in zinken pijp
- loszittende stoeptegel (je fietst eroverheen, en de fietsers achter je óók)
- het geknetter van tramleidingen
- scooteralarm gaat af, want er rijdt een vrachtwagen langs
- vrachtwagen zet motor af. puf hijg steun.
- het rollen van biervaten
- emmer water wordt op straat geleegd
- twee zingende tienermeisjes op één fiets
- gesis van hogedrukspuit
- rolluiken gaan resoluut dicht
- eerste maandag van de maand alarmsirene, begint met een mislukte aanzwengel
- klapperend dekzeil
- betonmolen met rammelend grind
- een soort zeekoelokroep door een remmende en optrekkende vuilniswagen, zangerig
- ho! roept de vuilnisman naar de wagen
- zaterdagochtendklusgeluiden (de amateurboor en -frees etc.), buurman en buurman
- duivengefladder van dichtbij
- zoemende BMW-motor van een motoragent
- hijgende jogger, op de plaats doorjoggend, voor het stoplicht
- timmeren, gewoon ouderwets, met een echo vanaf de overkant
- een drillende stoeptegelstamper
- afremmende trein (hoog en snerpend)
- schrapende uitlaat over verkeersdrempel
- in de verte worden containers neergekwakt, met veel galm
- paraplu flapt om door rukwind
- haperende motor van een goedkope auto, met open motorkap
- het branden van dakbedekking
- klng (dit klinkt vrij zacht): verspringende tramwissel
- glazenwasser zet ladder klaar, niet bepaald zachtzinnig
- blèrende baby’s. Soms kunnen ze elkaar aansteken, inspireren
- de transistorradio vanaf de schildersteiger
- openspringend fietsslot. Dit klinkt best hard, als alles verder stil is
- tramgerinkel en vervolgens optrekken van de tram, een omhoog en dan weer omlaag zoevend geluid, puffende tram, stopt
- een snorfiets. Truttig geluid
- bejaarde schreeuwende dronken man, ’s ochtends, met bier, voor de supermarkt
- rammelende flessen in krat, per fiets vervoerd
- brugketting slaat tegen het metalen brugframe, door de harde wind
- piepende wipkippen
- de schuurmachine
- auto rijdt over loszittende putdeksel
- eendengesnater (verkrachtingsscène)
- zandscheppen vanaf trottoir om gat weer dicht te gooien
- eerste voorjaarsvogelconcert, in de vroege avond
- voetballende jongens op plein, met veel gescheld, bal knalt tegen kooi, lange nagalm
- ver weg heien: je hoort alleen de hoge fluittoon die los komt van de ‘kleng’
- krolse koerende duiven ’s ochtends vroeg
- fiets wordt neergekwakt (parkeren)
- overal ontkiemen aggregaten, het wordt voorjaar
- voetballende jongen, alleen, tegen muurtje (geschuifel, baf)
- asfaltboren
- lassen aan trambaan
- amateurverhuizers takelen met z’n allen meubilair, met touw
- kat op weg naar dierenarts in mandje, mauwauwauw
- ‘fluitconcert’ van langzaam remmende trein. Alle toonhoogten achter elkaar, door elkaar, klaagzang
- strompelen met revalidatiekrukken (licht rammelend)
- intercom van de brandweer: keihard piedoeweliep en vervormde mannenstem, midden op straat
- lichte voorjaarsregen
- ronkend reclamevliegtuigje op feestdag
- bootje in de gracht met stinkende pruttelmotor
- stoep vegen
- tegels kloppen met rubberen hamer
- lallende meute
- stenen zagen
- beltonen tegelijk: polyfonie
- elektrische scooters naderen geluidloos van achteren, dan: pèèèp
- spontane woede-uitbarsting in het verkeer, getoeter
- auto starten en wegscheuren, in het holst van de nacht
- krakende petfles, iemand fietst eroverheen
- de echo van heien afkomstig van de andere kant van de stad
- Koningsnacht met veel goedkope geluidsinstallaties op straat
- blaffendehondenconcert
- pizzabrommer met doorgaande beat
- landmeters schreeuwen nummers door (tegenwoordig bellen ze elkaar discreet)
- gigantische Harley, oorverdovend gebrul
- geschraap van plantsoenendienst: onkruid wieden tussen de tegels
- zingende bovenleidingen van de tram doordat ze tegen elkaar aan zwiepen, lange nagalmtijd
- om 23:00 uur de goederentrein, op weg naar de afvalverwerking
- knetterende laswerkzaamheden
- ramen gaan open, stofzuigergeluiden (eerste echte voorjaarsdag)
- zoevende auto, sportmodel, open dak met r&b
- zandstralen, gevelreiniging
- jengelend ijscowagentje (‘Popeye the sailorman’)
- ouderwetse grasmaaier
- merel is gek geworden. Ontdekking van nieuwe sounds, vanaf dakgoothoekpunt
- jonge eendjes, waar is moeder. Blub, eendje wordt naar beneden getrokken
- zagen, planken, hout
- sloopwerkzaamheden: een neerstortende muur
- een overvol terras
- skeelers over asfalt – Friday Night Skate: rolschaatsers door de stad
- een gevel vol met steigermateriaal, vijf verdiepingen hoog, gevuld met (mee)zingende bouwvakkers verspreid over het hele pand
- merels en Oostblokkers(?) ritselend in het struikgewas, in de bosjes in het park
- het riante klapwieken van een reiger
- een auto-stofzuig-voor-de-deur-zaterdagritueel
- geschraap met een plamuurmes over betonnen buitenmuurtje om de verfresten te verwijderen, in combinatie met bouwvakkers-middle-of-the-roadmuziek vanuit het bijbehorende bestelautootje
- kattengejank ’s nachts, met een emmer water erachteraan, of althans: dat hoop je
- agressief bellende bejaarde rechtnekfietsers
- door de wind ritselende bloesemblaadjes over straat
- geldgerinkel
- zeurende kinderen om een ijsje (alle kinderen klinken jengelend hetzelfde. Net als vogels imiteren ze elkaars jengel)
- keiharde housemuziek in de verte ’s nachts, de bas van een megaparty
- in het park: door de weer-en-wind-luidsprekers klinkt onduidelijk vervormde muziek
- een mobieltje? Nee, een vogel imiteert ringtoon. (En omgekeerd: het mobieltje denkt dat die vogel een andere telefoon is)
- kuteksters, altijd ruzie
- een schreeuwende gek ’s nachts
- die een winkelruit aan diggelen slaat
- de omroepwagen van het gemeentewaterleidingbedrijf zet de installatie voluit, en de man roept: ‘attensie attensie! t: eh wa erlei dng nie brui tusn ie e na…’ en dat steeds herhalend
- bierfietsende toeristen
- de eerste échte zomeravond: helder en hard, en het gedruis gaat de hele nacht door
- oude baggerboot pruttelt in de gracht, modderfietsen worden op het dek gekwakt
- opeens: mannenstemmen vanaf het dak
- een buurtfeest met een liveband op straat
- fietsbel, flitst voorbij: ook doppler
- fluitende (fieoewiep!) bouwvakkers, ook met commentaar (hé schatje)
- heien, op twee plaatsen tegelijk. twee tegen drie (taa-takke-taa)
- muziekschoolraam staat open: piano, trompet, viool op enkel de losse snaren
- vrachtwagen scheurt achteruitrijdend autospiegel mee van geparkeerde auto, gegil
- onder de majestueuze museumdoorgang komt een verse buslading krijsende kinderen aangerend, waanzinnig geluidseffect
- een paardenkoets voor de toeristen
- terrasstoeltjes worden neergekwakt, de horecadag begint vroeg
- harde deurbellen, en ook de stem uit de intercom is op straat te horen
- vallende bejaarde
- voetbalwedstrijd. De hele stad houdt adem in
- en dan het doelpunt. Inclusief toeterende treinen
- pinautomaatpiepjes, uit de muur op straat
- zingende gibbons met tegelijkertijd een autoalarm (voor wie in de buurt van de dierentuin woont)
- een lange hoge piep – is het die ronddraaiende hijskraan? soms stopt de piep even
- het in elkaar smijten van marktkramen, opruimen van de markt, gooien met planken
- omhoogborrelend riool
- cruiseschip vertrekt: driemaal de lage hoorn
- zingende operazanger op fiets, ’s nachts
- plons! vis terug in ’t water, in het park
- aanzoevende reiger. Ha! vis!
- een declamerende dakloze
- zomerstortbui. Kolkende rivieren door de straten
- klassieke pianomuziek klinkt vanuit geopend raam
- ruisend riool onder putdeksel
- rennende jeugd
- een eenzame parktrommelaar (conga of bongo)
- kwetterende mussen in de heg
- bordengerammel, afwassen met open keukenraam
- zingende marktkooplui
- zomerse regendruppels op bladeren, dikke druppels en plassen met luchtbellen
- grofvuil, meubels etc. worden ’s avonds op straat geflikkerd
- ’s ochtends om half 5 komen de grofvuilinspectie-diensten, het vuilnis wordt niet zachtzinnig uitgeplozen en meegenomen met bakfietsen
- zomeronweer: zwaar gedonder en daarna hoosbui
- hittegolf, de hele nacht teringherrie
- knetterende burenruzie
- de rinkelende (of alarm-piepende) opengaande brug
- neerstuiterende plastic emmer
- lederen herenschoenen aangenaam klassiek, voetstappen op trottoir
- en natuurlijk het tikken van damesnaaldhakken
- zomeravondvleermuizen, en hoog piepende zwaluwen
- brommers-surroundsound
- iemand met een stuiterende basketbal
- waterbassin wordt van marktkraamdakzeil gehoost
- tram rijdt door de roodwitte tramflapjes
- megaplassen waar auto’s doorheen scheuren
- motorclub komt massaal aanrijden
- klaarkomende vrouwen, seks, open slaapkamerramen
- boenkboenkboenk-auto, uw rijdende concertzaal
- overtuigende politiefluit, van de verkeerspolitie-in-opleiding, midden op een kruising
Redactioneel
Bij dit nummer
Essay
Waarom drie?
Verhaal
Je hebt iets meegemaakt
Poëzie
Eros, Pathos en Catharsis
Verhaal
Het AI-symposium
Verhaal
Bang of Slim
Verhaal
Eenzame getallen
Essay
Uitroeptekens
Verhaal
Uitvaart Ballast
Essay
Een gesprek zonder eind
Kousbroeklezing
De buis is mijn eiwit
Verhaal
Prima
Poëzie
Drie gedichten
Essay
Als het boek maar mooi is?
Verhaal
De duik
Grote vragen
Grote vragen
Essay
Luisteren door de ruis
Poëzie
Gewoontegetrouw / Ma mère
Kroniek & Kritiek