Wat ik altijd zo merkwaardig heb gevonden aan De drie musketiers is dat ze eigenlijk met zijn vieren waren, met als vierde man d’Artagnan (‘Il n’est pas mort, il vit!’ riep mijn moeder daar altijd hard achteraan). Aan de andere kant, ook weer niet zó heel merkwaardig als je bedenkt dat de vierde in elk ook maar een beetje psychomystiek bevlogen vertoog de functie vervult van het benadrukken van de eenheid van de drie, als iets dat meer is dan de som der delen, het Ene – zoals dat ook heel concreet terugkeert in het motto van De drie musketiers: één voor allen, allen voor één. Semper fi, zoals menige commando op zijn arm heeft staan. Het is de meest geconcentreerde vorm van wat je ‘gemeenschapsgevoel’ zou kunnen noemen, vanaf nu te definiëren als: in een brandend geland vliegtuig niet het gangpad blokkeren omdat je zo nodig je rolkoffertje uit het bagagevak boven je hoofd mee wilt pakken.

Mooi hoor, die drie-als-één, volmaakt zelfs, vond Pythagoras, omne trium perfectum: het getal van de wijsheid en de harmonie der sferen. En ook in de Griekse goden- en onderwereld sterft het van de drietjes, te beginnen bij Cerberus, de driekoppige waakhond ter plekke. Verderop in de geschiedenis van de filosofie worden er – these, antithese, synthese, higher and higher – links en rechts ook steeds rake drieslagen uitgedeeld. Om nog maar te zwijgen van het christendom met zijn Heilige Drie-eenheid van de Vader, de Zoon (33 jaar geworden) en de Heilige Geest: samen het grote drie-ei-is-een-paasei-_in-the-sky_.

Toch klopt er iets niet, is het plaatje, hoe perfect ook, niet compleet – lijkt juist de factor die de ervaring van zowel het ene in het vele als het vele in het ene kan bewerkstelligen, de zielvan de hele vertoning, onder het tapijt geschoven. Zo heeft queen of soul Maria bijna tweeduizend jaar moeten wachten tot ze daarboven eindelijk als grote vierde haar rechtmatige plek naast eerdergenoemde monotheïstische machtsdriehoek in kon nemen.

In de schaduwtraditie van de alchemie speelde ze als Maria Prophetissa al wel veel eerder een hoofdrol, dankzij het door haar gemunte psychodynamische axioma: ‘Eén wordt twee, twee wordt drie, en uit de derde volgt het ene als het vierde.’ Ook in het Oosten daagde het al eeuwen dat het echte leven in al zijn verscheidenheid bij de vier begint: ‘Eén baart twee, twee baart drie, en drie baart de tienduizend dingen,’ aldus Lao Zi in de Tao Te Ching. In de echo hoor ik direct het begin terug van Wilson Picketts hitversie van ‘Land of a Thousand Dances’ – een land dat zich voor onze voeten ontvouwt zodra Pickett twee keer achter elkaar luid en duidelijk tot drie heeft geteld: ‘One two three – Taahhh! – one two three – Taahhh!’En zie, daar worden ze ontsloten, niet op de three, maar op de muren verkruimelende klaroenstoot van de Taahhh! die de band direct erop produceert: de boeddhavelden van de tienduizend dingen, die je altijd pas op de vierde tel en alleen één voor allen en allen voor één dansend kunt betreden.

Roel Bentz van den Berg (1949) studeerde filosofie. Behalve schrijver was hij ook radiomaker bij het VPRO-programma De Avonden en medewerker van NRC Handelsblad. Van zijn hand verschenen meerdere essaybundels, waarvan Zapdansen (2005) de Jan Hanlo Essayprijs Groot kreeg. In 2016 verscheen zijn meest recente roman Het naderen van een brug. 

Meer van deze auteur