Nu ik een halve eeuw rondloop op deze magistrale aarde,
vol verbazing en bewondering en in het sterkere besef
dat ooit dat ooit dat ooit ik al mijn voetstappen begrijpen
zal en alle woorden die ik schreef, en alles wat ik voelde
zich voorgoed zal samenballen in een liefdesspreuk,
nu wordt het tijd om zelf een landschap te worden
en daarin het dier te zijn, dat alleen maar omziet
omdat overal het schone en overal het goede zich
in gelijke mate uitstrekt als een rilling in het gras,
en dan zachtjes jankend van geluk de avondwolken
open breekt voor een slokje licht, want het wil geen
duister meer, geen krampachtig trachten om de dingen
anders voor te stellen dan ze in hun diepste wezen al
vanaf de aanvang, over zwarte waters zwevend, zijn.

Pieter Boskma publiceerde veertien dichtbundels, waarvan Mensenhand (bekroond met de Ida Gerhardt Poëzieprijs), Zelf (nominatie VSB Poëzieprijs) en Tsunami in de Amstel de recentste zijn. Verder publiceerde hij de roman Een foto van God, het roman-gedicht De aardse komedie en de verhalenbundel Westerlingen.

Meer van deze auteur